Zuiderlucht cultureel maandblad, augustus 2008.
Publicatie: De Ademhaling van de Natuur, een beeldgedicht/performance van Jan C M Peeters dat 6 en 7 september opgevoerd wordt bij Op Kapittelsbos, Bosstraat 3 in Grathem. Aanvang 18.30 uur, toegang gratis.
De pastoor neuriet, dan komen de blazers.
door Wido Smeets.
28 ‘rotsblokken in ballingschap’ spelen de hoofdrol in de Ballade van de Natuur, deels opgevoerd in een weiland in het landelijke Grathem. Een violist, een pastoor, leden van de plaatselijke harmonie en 28 schapen vormen de rest van het gezelschap dat samen met kunstenaar Jan CM Peeters de stenen zal laten ademen.
“Een beeldende kunst cross over tussen Midden-Italië en Midden-Limburg”, meldt de trotse folder die in Grathem en ommelanden de aandacht vestigt op de Ballade van de Natuur. Mag het misschien een onsje minder, daar in het nietige Leudal waar landbouw en recreatie het hoogste woord hebben en kunst en cultuur hoogst zelden de gemoederen in beweging brengen? Nou, eigenlijk niet, vindt Jan CM Peeters, drijvende kracht achter de Ballade van de Natuur.
Want in dat stuk worden toevallig wel thema’s aangesneden die ertoe doen. Sterker nog: deze combinatie van beeldende kunst, theater, muziek en film kán alleen maar plaatsvinden in dít weiland tussen recreatieoord Heelderpeel en Grathem.
Want het is ook nog eens een hymne aan het Leudal, dat introverte stukje natuur, hier een handvol kilometers vandaan.
Peeters, woonachtig aan de rand van dat Leudal, is een verhalenverteller. En de kunst, in zijn optiek een synoniem van het leven, bestaat nu eenmaal uit verhalen. Verhalen van beelden, verhalen van ontmoetingen. Ze vormen de kern van zijn oeuvre, vanwege de energie die eruit ontspringt.
Door ontmoetingen tussen mensen, dieren en dingen te ensceneren probeert Peeters bij de betrokkenen een soort collectief bewustzijn te creëren. Slaagt hij daarin, dan mag zo’n ‘happening’ best een kunstwerk heten. In navolging van Allan Kaprow, de Amerikaanse kunstenaar die het ook altijd had over ‘kunst als leven’ en ‘leven als kunst’, en die meer dan 200 happenings organiseerde.
De wereld van Allan – ‘het museum is een mausoleum’ - Kaprow lijkt lichtjaren verwijderd van Kapittelsbos in Grathem, een voormalige boerderij waar najaar 2006 28 Italiaanse rotsblokken arriveerden. Kunstenaar Stefano Odoardi had ze naar Nederland gehaald voor een theaterproductie, waarna Jackie Smeets van Kapittelsbos ze van de vergruizing redde door ze naar Grathem te halen. Smeets: “Stefano vond de wei wel geschikt als laatste rustplaats voor de stenen. Hij noemt ze zijn rotsblokken in ballingschap. Sommige mensen vinden het onzin, anderen zien de wei inmiddels als een spirituele plek.”
Via de kalkzandstenen maakte Peeters kennis met Odoardi, wiens debuutfilm Een witte ballade vorig jaar te zien was op het Filmfestival van Rotterdam. De film zal op 6 en 7 september op Kapittelsbos worden getoond als sluitstuk van de Ballade van de Natuur, waar verder de installatie Kus van de Zon, de gezamenlijke maaltijd Tafelen in de Wei en de performance Ademhaling van de Natuur deel van uitmaken.
In dat laatste onderdeel, een happening á la Allan Kaprow, spelen genoemde 28 stenen de hoofdrol. Samen met Peeters zelf, pastoor Van Lier van het naburige Heibloem, muzikanten van de plaatselijke harmonie Sint Agatha en 28 schapen. Ademhaling van de Natuur houdt het midden tussen een performance en een beeldgedicht, dat door de Maastrichtse componist Paul Winkens van een melodie is voorzien.
Het weiland vormt het decor van een ontmoeting tussen mensen, dieren en stenen. De pastoor begint te neuriën, waarna de 28 muzikanten een voor een blazend opkomen en een steen uitzoeken. Daarna betreden de schapen het toneel. Peeters: “Als het gras hoog is, zijn de stenen amper te onderscheiden van de schapenruggen. Die ontmoeting van stilstand en beweging is fascinerend.”
Zeker zo spannend is dat niemand, incluis Peeters zelf, weet hoe het verdere verloop zal zijn. Misschien dat componist Winkens de viool ter hand neemt, misschien dat het publiek onderdeel van de happening wordt. Toeval en improvisatie zijn belangrijke elementen van een happening. Zelf denkt Peeters erover om de stenen te begieten met water uit de aanpalende beek. “Door het water krijgen ze een andere kleur, komen ze tot leven.”
Even benieuwd is hij naar de rol van de Grathemse amateur-muzikanten. “Aanvankelijk reageerden ze lacherig, maar daarna werden ze bloedserieus. Het is de spanning tussen de formele omgeving waarin ze gewend zijn te musiceren, en de vrijheid die ze hier hebben.”